Home Blogs De notariskosten gaan omlaag (een beetje)

De notariskosten gaan omlaag (een beetje)

“Dit is de belangrijkste hervorming van het notariaat van de laatste 70 jaar.” Aldus minister Van Quickenborne over een recent compromis dat hij met de sector afgeklopt heeft. Vanaf 2023 betalen we minder kosten op onze eerste gezinswoning. Maar alvorens we een gat in de lucht springen: veel meer dan een duizendje zal het niet schelen.

Is het nieuws een goeie zaak voor u? Absoluut. De prijzen voor de aankoopakte en kredietakte, het papierwerk dus, zullen vast komen te liggen op samen 1.300 euro. Tot nu zat daar speling op, van notaris tot notaris, en dat kon oplopen tot meer dan 2.000 euro. Ook de erelonen gaan een beetje omlaag, zodat je daarop nog eens een paar honderd euro bespaart. Reken, alles bij mekaar, op een totale korting van 1.000 euro bij een gemiddelde kleine woning van 235.000 euro (en een lening van 200.000 euro).

De verlaging geldt alleen maar bij de aankoop van de eigen eerste gezinswoning. Niet voor een tweede woning dus. En wie een duur huis koopt, krijgt helemaal geen korting. Dat is omdat het percentage van de kosten bij de notaris stijgt in schijven. Wie zich een villa van 800.000 euro of meer kan veroorloven, komt in een hogere schijf en die zal vanaf 2023 zelfs meer moeten betalen aan monsieur of madame la notaire.

De notaris, een sigarenrokende flierefluiter?

Kwatongen noemen notariskantoren wel eens de duurste copyshops van België. We betalen er veel geld en we weten vaak niet goed waarvoor precies. Ergens bestaat het vermoeden dat de notaris gewoon wat documenten moet downloaden waarvoor wij langs de kassa passeren.

Dat is allemaal wat kort door de bocht. Inderdaad, notarissen verdienen goed, en de kans is klein dat ze na deze hervorming plots aan de bedelstaf moeten. Maar hun werk is onvervangbaar — geloof ons, je wil zelf niet instaan voor de waslijst aan attesten die zij moeten regelen — en de clichés kloppen zeker niet allemaal.

Om al meteen het grootste misverstand te ontkrachten: wat wij betalen aan de notaris, verdwijnt niet helemaal in zijn of haar zakken. Stel dat je een woning koopt van 350.000 en 280.000 euro leent. Dan krijg je bij de notaris een rekening van ongeveer 22.700 euro. Daarbij zitten grofweg 14.000 euro registratierechten (belastingen dus), 1.900 euro hypotheekrecht en een vergoeding voor de hypotheekbewaarder (nog eens een belasting) en 1.200 euro btw (jawel, belastingen). De notaris is voor al die kosten niet meer dan een doorgeefluik naar vadertje staat.

Wie gaat er dit in de portefeuille voelen?

Wat rest van de rekening (5.600 euro) is wél voor de notaris en diens personeel. Het is daarvan dat vanaf 2023 ongeveer 1.000 euro weggesneden wordt. Zullen de notarissen dat voelen? Ja. Zij regelen namelijk honderden akten per jaar. Maar jij, als koper, bespaart enkel die 1.000 euro.

Wie vandaag jong is en met het lief op zoek is om een eerste nestje te kopen, kent een andere realiteit. De realiteit waarbij er makkelijk tien- of twintigduizend euro bovenop de vraagprijs van een woning wordt geboden. Dan zal ocharme duizend euro bij de notaris weinig betekenen.

Pikant detail: tot 2012 moesten we nog geen btw betalen bij de notaris. Toen zijn ze zomaar eventjes 21% duurder geworden voor ons. De huidige vermindering (aan de notaris) compenseert dus eigenlijk gewoon wat we tien jaar geleden plots meer moesten betalen (aan de staat). Het plaatst die “belangrijkste hervorming van de laatste 70 jaar” toch wel een beetje in perspectief…

Voor wie meer wil winnen

Waar je wél duizenden euro’s mee bespaart, dat is de beste lening. En een goeie schuldsaldoverzekering. En brandverzekering. En goed advies. Daarvoor zitten wij paraat bij hypotheek.winkel en we zijn nog niet van plan om dat te hervormen.